Warmte en koudeopslag in de bodem is technisch gezien een ontwikkelde techniek. Het ontwerpen en bouwen van de systemen levert eigenlijk geen problemen meer op. En toch werken de systemen na oplevering vaak, nee, heel vaak niet zoals gewenst. De oplossing ligt niet in de techniek maar in onze manier van ontwikkelen en aanbesteden.
Bij het aanbesteden van gebouwen streven we altijd naar de laagste prijs. En we denken dat te bereiken door het ontwerp, de bouw en de exploitatie van een gebouw, van elkaar los te knippen. We laten ingenieurs (soms zelfs los van het architectonisch ontwerp), een systeem ontwerpen. Dat geven we aan bouwers die het uitvoeren en we sluiten een nieuw contract met een bedrijf dat de boel moet onderhouden.
De onderhoudsmonteur weet niet hoe het gebouw tot stand is gebracht. De aannemer weet niets van de ontwerpuitgangspunten, en de ingenieur wordt na de aanbesteding bedankt voor zijn adviezen en heeft geen rol in de bouw, laat staan tijdens de exploitatie. ?Penny Wise Pound Foolish?. Juist in het geval van WKO systemen is dit het recept voor slechte resultaten.
Ik doe daarom een simpel voorstel: geeft ontwerpers en bouwers een brede opdracht en maak ze niet alleen verantwoordelijk voor het ontwerp en de bouw, maar juist voor de performance na oplevering. Bij het ontwerp krijgen ze een energiebudget mee dat in de exploitatie niet mag worden overschreden. Beide partijen worden daarvoor verantwoordelijk, voor een periode van vijf of tien jaar. Als meer energie wordt verbruikt dan afgesproken worden zij gekort (malus) en als minder energie wordt gebruikt krijgen ze een bonus.
Ik durf te wedden dat we op deze wijze wel goed draaiende WKO systemen krijgen die doen wat bij de start van het werk is beloofd. En redeneert u voor u zelf: dit levert geld op voor iedereen, dit schept werkgelegenheid en we sparen het milieu.
Mijn eerdere blog over WKO systemen van 3 augustus 2011: klik
Ook geplaatst op: www.duurzaamvastgoed.nl